10 mei 2019

Uitspraak rechter: elf jaar cel voor doodslag op Bianca uit Arnhem

De rechtbank Gelderland veroordeelde op 30 april een 29-jarige man uit Ede voor doodslag op Bianca uit Arnhem. Hij krijgt een gevangenisstraf van 11 jaar opgelegd, conform de eis van het Openbaar Ministerie (OM). Het OM en de rechter hebben het transgender-zijn van het slachtoffer niet als verzwarend mee laten spelen.

Op 29 september 2017 werd Bianca dood aangetroffen in een huis in Arnhem met meerdere wonden op haar hoofd en lichaam. De 32-jarige vrouw kwam uit Venezuela. Ze was pas in Arnhem begonnen als sekswerker en bezig met het opbouwen van een klantenkring. Ze werd, vermoedelijk, door haar eerste klant die ze in Arnhem ontving, om het leven gebracht. De verdachte werd een paar dagen later opgepakt.

Op 30 april 2019 is de uitspraak gekomen. De site van de rechtbank Gelderland meldt in een bericht dat de verdachte wisselende verklaringen aflegde. ‘[I]n de woning [zijn] veel sporen aangetroffen die wijzen naar de man. De rechtbank vindt dan ook bewezen dat de man het geweld op de vrouw heeft toegepast.’ De rechtbank gaat daarbij uit van doodslag: hoewel het slachtoffer ook drugs in haar lichaam had, is het geweld ‘volgens de rechtbank ook geschikt om iemand te doden.’

Het Openbaar Ministerie eiste een straf van elf jaar cel. In een persbericht verklaarde het OM vorige maand dat het feit dat het slachtoffer sekswerk deed in hun eis strafverzwarend werkt: ‘Het betreft een doodslag op klaarlichte dag in een woonwijk. Dat brengt een schok teweeg in de maatschappij, in de betreffende woonomgeving in het bijzonder. Verder roept het gevoelens van onveiligheid op, zeker ook bij vrouwen die werkzaam zijn in de prostitutie, die zich immers juist ten opzichte van klanten zeer kwetsbaar opstellen. Nu verdachte, die zich als klant ten opzichte van het slachtoffer heeft voorgedaan, geweldpleger blijkt, versterkt hij de angsten die bij deze beroepsgroep leven.’

De mogelijkheid dat er transfobie mee heeft gespeeld bij het geweld, hebben het OM en de Rechtbank Gelderland niet laten meewegen in hun oordeel. TNN is verbaasd dat de mogelijkheid dat er transgenderdiscriminatie speelde buiten beschouwing is gelaten. Sinds 1 januari 2019 hanteert het OM namelijk nieuwe regels waardoor er strafverhoging kan plaatsvinden wanneer bij geweldsdelicten tegen personen hun transgender-zijn een rol speelt.

In een reactie zegt het OM desgevraagd dat er “geen enkele aanleiding [is] om te veronderstellen dat er een relatie is tussen de strafbare feiten en het transgenderschap van het slachtoffer. Uit het requisitoir blijkt dat er mogelijk sprake was van een intentie om waardevolle spullen mee te nemen.”

Ook de rechtbank geeft aan dat ze uitgaat van diefstal als motief, en de mogelijkheid van transgenderdiscriminatie niet heeft laten meewegen.

In een bericht van het AD over de rechtszaak staat dat de verdachte “zelf stelde [..] dat hij schrok van haar mannelijke kenmerken.”

TNN is teleurgesteld dat de mogelijkheid dat er transgenderdiscriminatie speelde niet is onderzocht, en en dat er dus ook niet is gekeken naar de doorwerking van het geweld op de transgendergemeenschap. Als het transgender-zijn van het slachtoffer niet in beschouwing wordt genomen, dan is er nog werk aan de winkel voor het Openbaar Ministerie. De aandacht in de Aanwijzing Discriminatie voor transgender personen is er niet voor niets. Er moet dus alles aan gedaan worden om ervoor te zorgen dat het in de praktijk ook wordt toegepast.

 

 

Credits

Branding & design Cheerleader.studio

Website development Digitmind.nl

Fotografie headers: Tengbehkamara.com