Emma Voerman ontdekte pas op 55-jarige leeftijd (in 2017) dat ze een vrouw was. Dat ze anders was dan haar omgeving dacht, wist ze wel. Ze voelde altijd wel wat ze kon laten zien en waar ze zich moest aanpassen. Waar ze als het ware onder de radar moest blijven. Hoe dat ging, beschrijft ze in het eind 2021 uitgekomen boek ‘Onder de Radar’.
De mooiste hoofdstukken zijn misschien wel die over haar vier kinderen. Geschreven met gevoel, liefde en trots. Die kinderen steunden haar helemaal in haar late transitie.
Zo is er deze dialoog met haar dochter. Emma: “Ik heb een jurk aan. Wil je hem zien of heb je daar helemaal geen zin in?” Fenna wenkt haar met beide wijsvingers. “Kom, kom, kom”, fluistert ze, en na een stilte: “Wat gek, dit staat jou!”
Voor me zie ik dan Emma zoals ze zich op X (Twitter) presenteerde, met selfies voor een spiegel in telkens nieuwe jurken. Heel trots over haar nieuw ontdekte zelf.
Moedig mens
In Onder de Radar beschrijft Emma Voerman in korte hoofdstukken hoe ze vroeger was, haar familie en vrienden, hoe ze zich ontwikkelde in studie, werk en leven, hoe ze zichzelf ontdekte en hoe ze uiteindelijk in transitie ging. En wat dat deed met haarzelf en met haar omgeving.
Ze heeft het over buitenbeentjes, zoals zijzelf. Mensen die de groepsdruk voelen maar zich niet altijd kunnen of willen aanpassen. Dat valt soms zwaar. Maar Emma Voerman is, zoals BIJ1-politica Sylvana Simons in het voorwoord schrijft, een moedig mens.
Aan zichzelf wennen
Beetje verwarrend vond ik dat ze schrijft dat ze het in het boek niet over etiketten wil hebben in het hoofdstuk dat juist benadrukt hoe betekenisvol en bevrijdend die etiketten (en diagnoses of typeringen) kunnen zijn.
Met terugwerkend inzicht was ze zelf vroeger al een meisje. Genoeg signalen, maar toch twijfelde ze nog lang of ze wel trans was. Want ‘je moet als kind toch op zijn minst hebben laten zien dat je graag jurken droeg en met poppen speelde’. Trans vrouwen moesten toch zeker op hun vijfde al hebben geweten dat ze een meisje waren, veronderstelt ze.
Met instemming citeert ze dan de trans vrouw die twitterde dat je dit soort signalen niet als bewijs kunt zien. Velen van ons wisten immers heel goed hoe ze zich moesten aanpassen om hun omgeving niet te alarmeren. Zoals Emma.
Uiteindelijk had ze geen twijfels meer over haar vrouw-zijn. Maar nog wel over wat ze met die kennis wilde. Eerst maar anderen overtuigen, dacht ze toen, zoals de psycholoog van het genderteam. “Dat is de tragiek van trans personen”, schrijft ze. “Het enige valide ijkpunt over je gender is je gevoel. En juist dat wordt door de hele wereld als te weinig of zelfs irrelevant beschouwd.”
Bovendien moest ze aan zichzelf wennen. “Ik stapte voor de spiegel en vond het vreselijk wat ik zag. Een man in een jurk. Geïnternaliseerde transfobie is dat, begreep ik later. Opgelegde zelfhaat en schaamte.” Een vriendin reageerde: ‘joh, ik zie wel een vrouw, maar dit is de verkeerde jurk.’ Ze zou doorzetten, besloot ze. “Liever een duidelijke trans vrouw zijn dan verder als man.”
Maar, schrijft ze, dan heb je ook nog een groep trans personen die uiterst kritisch kijken naar trans vrouwen die laat in transitie gaan. Dat je zo laat nog daartoe besluit, zou bewijzen dat je geen echte trans bent: een schandvlek voor de transgemeenschap. “En als je geen operatie wilt, ben je al helemaal af.” Wat nu als dit waar is, vroeg Emma zich af. Ze kreeg er buikpijn van, schrijft ze, maar ze liet zich niet meer tegenhouden.