Man noch vrouw, oké, wat ben je dan? Mensen willen blijkbaar graag begrijpen, benoemen, plaatsen. Maar moet dat wel? Genderdiversiteit houdt in dat er meer is dan alleen man of vrouw, de binaire indeling. Genderdiversiteit vult een kleurrijk genderstraatje.
In Genderbende, een documentaire uit 2017 over vijf mensen die zich man noch vrouw voelen, vraagt regisseur Sophie Dros of ze op een lijn kunnen intekenen waar ze zich plaatsen. Links is helemaal man en rechts, vrouw. Ze worden kwaad of staan minutenlang zwijgend naar de lijn te kijken, zetten aarzelend een kruisje, net naast het midden, vegen dat weer uit, worden onzeker, emotioneel of gaan vrolijk aan de slag rond de lijn, en maken er een feestje van.
“De ruimte tussen de hokjes, die willen we vieren,” aldus de Transgendergroep Nijmegen die sinds 2013 jaarlijks de Buiten de Binary Dag organiseert. De organisatie vindt dat je soms over benamingen kunt nadenken, maar dat niet altijd hoeft. Je kunt termen benoemen waarvan je voelt dat ze bij je passen: genderqueer, transgender, agender, pangender, genderfluïde, crossdresser, transmasculien – en ze vervolgens weer vergeten.
-“Hoe durf je me dit te vragen?”-
Dat is ook wat ik in het essay ‘Beminnen’ van filosoof Marli Huijer lees. Ze heeft het vooral over seksuele identiteit in plaats van genderidentiteit, maar de boodschap lijkt me dezelfde. Zich beroepend op de Franse filosoof Michel Foucault zegt ze dat zodra je je bekent tot een bepaalde identiteit, je de kans loopt opgesloten te worden in die identiteit. Er is dan geen ruimte meer om anders te zijn. “Oh, ben je trans? Wanneer laat je je opereren? Of heb je dat al gedaan?” Terwijl je zoekt naar vrijheid, beperk je in je hokje juist je vrijheid.
Definities of gevoelens
Dé gemiddelde trans persoon bestaat niet. Net zoals de gemiddelde Nederlander niet bestaat. Het beeld bij het grote publiek is dat een transgender persoon een geboren man is die vrouw wil worden of andersom. Ongelukkig met een niet-passend lichaam. Misschien probeer je uit te leggen dat dit niet geldt voor alle transgender personen en dat jezelf ergens in het spectrum zit: je weet dat je geen man bent, maar misschien ook niet helemaal vrouw. “Ja, dat herken ik,” zegt je gesprekspartner, “ik heb als man/vrouw ook wel een paar vrouwelijke/mannelijke eigenschappen.” En dan raak je toch verzeild in een gesprek over definities in plaats van gevoelens, over het verschil tussen genderidentiteit en genderexpressie – is gender iets wat je bent of meer wat je doet en hoe je je gedraagt? – en wat het betekent als je transgender of non-binair bent.
Generatiekloof
In het najaar van 2017 schreven OneWorld en The Guardian dat in de transgenderwereld een generatiekloof zou lopen tussen binaire babyboomers en genderfluïde millennials. De oudere generatie van transmannen en transvrouwen hebben een strijd gevoerd voor emancipatie van transseksualiteit. Ze willen nu gezien worden als de man of vrouw die ze zijn. Millennials, hun kinderen, geboren tussen 1980 en 2000, identificeren zich vaker niet als man of vrouw, maar ergens ertussenin of een beetje van beide. Gender non-conform. Een andere mogelijke verklaring voor het geconstateerde generatieverschil kan ook zijn dat dankzij meer kennis, grotere zichtbaarheid, nieuwe begrippen en meer acceptatie ruimte wordt geboden om gender non-conformiteit te erkennen bij jezelf en het ook te benoemen. Terwijl vroeger personen gedwongen werden om te kiezen voor een binaire positie: man of vrouw, hoeft dat nu niet meer. Als je maar van je genderdysforie af bent, dat wil zeggen: van de weerzin, de spanning, en het onvermogen om te leven in een genderrol die je niet past.
Prachtige, kleurrijke groep
We krijgen steeds meer erkenning, maar we zijn er nog niet als non-binairen. Eind mei is er een stap gezet met de uitspraak van een Limburgse rechtbank dat op de geboorteakte van een intersekse persoon kan staan: “geslacht is niet kunnen worden vastgesteld.”
Toch is de samenleving nog heel erg op tweedeling ingericht. Let maar eens op hoe vaak je verplicht ‘m’ of ‘v’ moet kiezen bij een online aankoop. Laat staan dat we weten hoe mensen aan te spreken die zich niet identificeren als een hij of een zij. De non-binaire voornaamwoorden ‘die’ of ‘hen’ zijn nog lang geen gemeengoed. Iemand die zegt: “mijn gender verandert met de dag” stuit vaak op onbegrip. En iemand die de ene dag een jurk en lippenstift draagt en de volgende dag voelt dat die rok niet bij hen (!) hoort, wordt vreemd aangekeken.
Voor veel mensen is het om verschillende redenen (traditie/geloof/angst?) nog moeilijk te accepteren dat je niet per se man of vrouw hoeft te zijn. “Wat ben je nu, wat is dit? Is het vanwege de mode, omdat het trendy is, wil je meedoen, erbij horen?” Ze kunnen zich er geen voorstelling van maken. En er zijn ook nog niet veel rolmodellen waar je naar kunt wijzen.
Maar bij de Nijmeegse Buiten de Binary lijkt het elk jaar drukker te worden. Het is een prachtige, kleurrijke groep mensen. Mensen die, meer of minder nadrukkelijk, ontsnappen uit de strakke m/v-tweedeling en van hun gender een feest maken.
Geschreven door Ton van den Born
Ton van den Born is freelance redacteur en schrijft onder meer voor transgenderinfo.nl en continuum.nl.