Waarom mensenrechtenorganisaties voor de nieuwe transgenderwet zijn

Met de nieuwe transgenderwet kun je je geslachtsregistratie aanpassen zonder ‘deskundigenverklaring’ van een arts of psycholoog. Ook is het dan voor mensen onder de 16 mogelijk om hun registratie aan te passen, maar dit moet wel via de rechter. Verschillende mensenrechtenorganisaties hebben zich uitgesproken over het nieuwe wetsvoorstel. Wat hebben mensenrechtenorganisaties over de nieuwe transgenderwet afgelopen jaren gezegd?

College voor de Rechten van de Mens

Het College voor de Rechten van de Mens noemt het wetsvoorstel in een open brief aan de Tweede Kamer “een belangrijke stap vooruit in de bescherming en bevordering van de rechten van transgender personen.” Het College stelt dat transgender personen door de huidige voorwaarden voor het wijzigen van de geslachtsaanduiding op officiële documenten tegen verschillende problemen aanlopen die een negatief effect hebben op hun mensenrechten:

“Het schrappen van de eis van een deskundigenverklaring vormt geen sluitende oplossing voor al het transfobe geweld in de samenleving. Het voorkomt wel dat transgender personen gedwongen worden om in het bijzijn van anderen uit te leggen dat zij trans zijn. In die zin draagt het laten vervallen van de eis van de deskundigenverklaring bij aan de bescherming van de geestelijke en lichamelijke integriteit van transgender personen en hun recht om veilig zichzelf te zijn in het openbaar.”

Het College zegt ook dat dit wetvoorstel aansluit bij internationale ontwikkelingen op het gebied van mensenrechten. Het College verwijst hierbij naar de Yogyakarta beginselen, waarvan het 31e artikel stelt:

“Iedereen heeft het recht om identiteitsdocumenten te verkrijgen, inclusief geboorteaktes, ongeacht seksuele oriëntatie, genderidentiteit, genderexpressie of geslachtskenmerken. Iedereen heeft het recht om gender-gerelateerde informatie op deze documenten te veranderen als deze documenten gender-gerelateerde informatie bevatten.” (Vertaald uit het Engels).

Het 31e artikel van de Yogyakarta beginselen stelt verder dat waar sprake is van registratie van gender of geslacht, dit de zelfidentificatie van mensen moet erkennen. Medische en psychologische ingrepen en diagnoses, leeftijd, economische status, huwelijksstatus, ouderschap, of de mening van derden, mogen volgens dit artikel niet als voorwaarden worden gesteld om gewenste wijzigingen van deze registratie tegen te houden.

Het College stelt verder dat het idee dat deze ontwikkelingen een negatief effect zouden hebben op vrouwenrechten ongefundeerd is en dat transgender personen, met name trans vrouwen, vaak te maken hebben met gender-gerelateerd geweld.

“De transgenderrechtenbeweging en de vrouwenrechtenbeweging hebben dus een gedeeld belang, namelijk het terugdringen van gendergerelateerd geweld en het creëren van een samenleving waarin iedereen veilig zichzelf kan zijn. Het narratief dat transrechten en vrouwenrechten haaks op elkaar zouden staan miskent dit gedeelde belang en strookt niet met de informatie die hierover beschikbaar is.”

UN Women Nederland

UN Women Nederland, de Nederlandse tak van de organisatie van de Verenigde Naties voor vrouwenrechten en gendergelijkheid, sluit zich hierbij aan. Zij stellen dat vrouwenrechten het beste beschermd worden en gendergelijkheid alleen bereikt kan worden, “als alle mensen met alle genders op rechten en acceptatie kunnen rekenen.” In een open brief aan de woordvoerders Personen en Familierecht van de Tweede Kamer zeggen zij dan ook het wetsvoorstel te steunen:

“Deze wet is niet alleen van belang voor trans en intersekse mensen. De rechten en positie van trans en intersekse mensen zijn een integraal onderdeel van de universele mensenrechten, en van de strijd voor gendergelijkheid wereldwijd en in Nederland. Transvrouwen staan meer nog dan de meeste groepen vrouwen bloot aan discriminatie, geweld en femicide. Als UN Women beschouwen wij de strijd voor meer rechten voor trans en intersekse personen dan ook nadrukkelijk als onderdeel van ons werk.”

UN Women steunt ook expliciet het voorstel om de leeftijdgrens van 16 jaar af te schaffen:

“Bevestiging van het geslacht en de gewenste voornaam draagt in belangrijke mate bij aan hun psychische welzijn, dat zeker gezien het hoge suïciderisico bij trans jongeren essentieel is. Daarom zou UN Women Nederland ook graag zien dat jongeren onder de 16 jaar de mogelijkheid krijgen om, samen met hun ouders en zonder rechter, hun registratie te wijzigen.”

De Kinderombudsman

De Kinderombudsman ziet de voorgestelde afschaffing van de leeftijdsgrens ook als een belangrijke stap die recht doet aan het zelfbeschikkingsrecht van kinderen. In een open brief aan de Vaste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid laat de Kinderombudsman weten het wetsvoorstel te steunen. In deze brief stelt kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer dat het voorstel om de leeftijdsgrens van 16 jaar te laten vervallen in overeenstemming is met het Kinderrechtenverdrag.

“Wat ik van u vraag sluit in het wetsvoorstel aan bij de uitgangspunten van het Kinderrechtenverdrag (IVRK) en laat de leeftijdsgrens vervallen waarop kinderen de mogelijkheid krijgen om hun geslachtsregistratie te wijzigen zonder een verzoek via de rechtbank.”

Het Kinderrechtenverdrag geeft kinderen zelfbeschikkingsrecht en maakt daarbij geen onderscheid op basis van leeftijd, omdat leeftijd alleen weinig zegt over het individuele ontwikkelingsniveau van kinderen, aldus Kalverboer. Het is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de ouders om dit te beoordelen, en niet van de overheid of van deskundigen. Als er geen conflict is tussen de ouders en het kind over de genderidentiteit van het kind is de deskundigenverklaring of een gang naar de rechter volgens Kalverboer eigenlijk niet nodig.

“Volgens het Kinderrechtenverdrag zijn ouders de eerste en direct verantwoordelijke voor kinderen. Zij dienen hun kinderen te ondersteunen bij de uitoefening van hun rechten (artikel 18 IVRK). Pas als ouders en kinderen het niet met elkaar eens zijn en belangen van kinderen in het gedrang raken, ligt er een taak voor de overheid. Dan pas lijkt mij de tussenkomst van de rechter een optie. Anders niet.”

Amnesty & Oxfam Novib

Andere mensenrechtenorganisaties deelden hun steun op sociale media.Naar aanleiding van de Tweede-Kamervergadering in september 2022 spraken Oxfam Novib en Amnesty Nederland op Twitter hun steun uit voor het wetsvoorstel. Amnesty Nederland tweette op 27 september:

“Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de #transgenderwet. Iedereen heeft het recht om zelf te beslissen over lichaam en identiteit.” (https://twitter.com/amnestynl/status/1574692794744053765)

Oxfam Novib tweette op 29 september drie tweets:

“Iedereen zou het recht moeten hebben om zijn eigen toekomst te bepalen, maar op dit moment is dat niet het geval voor transgenders in Nederland.”(https://twitter.com/oxfamnovib/status/1575549101697269762)

“De nieuwe #transgenderwet waar de afgelopen dagen over gedebatteerd is in de Kamer zou transgenders een stap dichter bij gelijkheid brengen, door het gemakkelijker te maken om hun geslacht op officiële documenten te veranderen.” (https://twitter.com/oxfamnovib/status/1575549103689568256)

“Echter is er nog geen duidelijke uitkomst omdat er nog te veel vragen zijn vanuit verschillende partijen. Oxfam Novib staat achter transgenders in Nederland en de wereld. Wij steunen dit amendement en roepen alle politici op om dat ook te doen. #wetswijziging” (https://twitter.com/oxfamnovib/status/1575549105568243712)

Steun door de jaren heen

Wat deze organisaties zeggen wordt al langer door mensenrechtenorganisaties onderschreven. Diverse instanties die zich inzetten voor mensenrechten hebben in de afgelopen jaren aangevoerd dat de deskundigenverklaring en andere voorwaarden voor het wijzigen van het wettelijk geslacht discriminatie in de hand werken en het zelfbeschikkingsrecht van transgender mensen ondermijnen. Ook merken instanties al langer op dat een leeftijdsgrens van 16 jaar in strijd is met het Kinderrechtenverdrag. Deze conclusies zijn ook te lezen in de rapporten van de volgende organisaties:

Amnesty International (2014)  

In 2014 publiceerde Amnesty International een rapport genaamd ‘The State Decides Who I Am’ (De Staat Bepaalt Wie Ik Ben) waarin ze stellen dat wettelijke erkenning van genderidentiteit voor transgender mensen noodzakelijk is om hun mensenrechten te waarborgen. Dit geldt ook voor kinderen:

“Het absoluut ontzeggen van wettelijke erkenning van de genderidentiteiten van individuen onder een bepaalde leeftijd is niet in overeenkomst met bestaande internationale standaarden met betrekking tot de rechten van kinderen. Wettelijke erkenning van genderidentiteit moet beschikbaar zijn voor kinderen op basis van wat in hun beste belang is en rekening houdend met hun ontwikkelende vermogens.” (pg. 27, vertaald uit Engels)

Het Sturend Comité voor Antidiscriminatie, Diversiteit en Inclusie van de Raad van Europa (2022)  

Het Sturend Comité voor Antidiscriminatie, Diversiteit en Inclusie van de Raad van Europa stelde in 2022 ook al in een rapport dat de leeftijdsgrens in strijd is met kinderrechten:

“Internationale mensenrechtenstandaarden zijn duidelijk in het benadrukken van de noodzaak om de beste belangen van het kind de grootste prioriteit te geven, ook wanneer deze belangen ingaan tegen die van de personen die ouderlijke verantwoordelijkheid hebben. Dit houdt ook in dat het recht van het kind om diens overtuigingen te uiten gerespecteerd moeten worden in overeenstemming met diens leeftijd en volwassenheid.” (pg. 34, vertaald uit het Engels).

De Europese Commissie (2020)

In 2020 publiceerde de Europese commissie een rapport over de sociale positie en rechten van transgender mensen in de Europese Unie. Het rapport concludeert dat geslachtsregistratie op basis van zelfidentificatie de positie van transgender mensen enorm kan verbeteren en roep lidstaten daarom op dit in te voeren.

“Procedures waarbij de wettelijke erkenning van genderidentiteit gebaseerd is op zelfbeschikking zijn belangrijk voor transgender mensen om met meer waardigheid te leven en kunnen hen helpen om ‘gezien’ te worden. Op een individueel niveau suggereren de getuigenissen van deelnemers dat wettelijke erkenning van genderidentiteit ook hun ervaringen met discriminatie kan reduceren en bescherming kan bieden tegen vijandigheid van anderen. Het wegnemen van discriminatiemeer economische participatie van transgender mensen, dat leidt tot verbeteringen van hun socio-economische posities” (pg. 201, vertaald uit het Engels).

Het rapport roept daarnaast op om leeftijdgrenzen af te schaffen die de toegang tot het wijzigen van wettelijk geslacht beperken (pg. 16, 208 en 237).

Collectieve oproep van meerdere mensenrechtenorganisaties en mensenrechten-deskundigen (2017) 

Tijdens de Internationale Dag tegen Homofobie, Transfobie en Bifobie in 2017 ondertekenden meerdere mensenrechtenorganisaties en mensenrechtendeskundigen samen een oproep aan de staten van de Verenigde Naties om harder op te treden tegen transfobie en wetten die transgender personen expliciet en impliciet discrimineren, waar ook deskundigenverklaringen en andere vereisten voor het wijzigen van wettelijk geregistreerd gender onder vallen:

“Wij roepen de staten op om snelle transparante en toegankelijke wettelijke erkenning van genderidentiteit te faciliteren zonder grievende voorwaarden, waardoor de mensenrechten van alle personen gegarandeerd worden met respect voor vrije/geïnformeerde keuzes en lichamelijke autonomie. Dwangmatige medische interventies/procedures mogen daarom nooit toegepast worden. Jonge trans en genderdiverse mensen moeten, ongeacht hun wettelijk geregistreerde gender, worden toegestaan om hun eigen namen en persoonlijke voornaamwoorden te gebruiken en zich te kleden in overeenstemming met hun zelf-geïdentificeerde genderidentiteit en expressie.” (vertaald uit het Engels).

De oproep is ondertekend door:

  • VN Comité voor de Rechten van het Kind (CRC)
  • VN Comité tegen Marteling (CAT)
  • Onafhankelijke experts van de VN: Philip Alston, Speciaal Rapporteur op gebied van extreme armoede en mensenrechten; Koumbou Boly Barry, Special Rapporteur op gebied het recht op onderwijs; Vitit Muntarbhorn, Onafhankelijk deskundige op gebied van bescherming tegen geweld en discriminatie op basis van seksuele oriëntatie en genderidentiteit; Dainius Pῡras, Speciaal Rapporteur op gebeid van het recht op gezondheid; Dubravka Dubravka Šimonović, Speciaal rapporteur op gebied van geweld tegen vrouwen, de oorzaken en gevolgen, en van de Werkgroep over discriminatie tegen vrouwen in wet en praktijk
  • Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (IACHR)
  • Afrikaanse Comissie voor Mensen en Volkenrechten (ACHPR): Lawrence Murugu Mute, Voorzitter van het Comité voor het Voorkomen van Marteling in Afrika
  • Raad van Europa: Nils Muižnieks, Commissaris voor Mensenrechten

De Onafhankelijke Deskundige op gebied van Bescherming tegen Geweld en Discriminatie op Basis van Seksuele Oriëntatie en Genderidentiteit van de Verenigde Naties (2021)

De Onafhankelijke Deskundige op gebied van bescherming tegen geweld en discriminatie op basis van seksuele oriëntatie en genderidentiteit van de Verenigde Naties publiceerde in 2021 tevens een rapport waarin de deze conclusies worden onderschreven:

“Als Staten kinderen de autonomie ontzeggen om in te stemmen met gender bevestigende behandelingen verhogen zij het risico op vervolging, misbruik, geweld en discriminatie. Staten moeten altijd de beste belangen van het kind de hoogste prioriteit maken en het recht van het kind om diens overtuigingen te uiten in overeenstemming met diens leeftijd en volwassenheid respecteren waarbij hun autonomie en besluitvaardigheid gerespecteerd wordt. Ter ondersteuning van deze opvatting benadrukt het Comité van de Rechten van het Kind in Algemene opmerking nummer 20 “de rechten van alle adolescenten op vrijheid van meningsuiting en respect voor hun fysieke en psychologische integriteit, genderidentiteit en vormende autonomie.” (pg. 7, vertaald uit het Engels).

Universal Periodic Review van de Verenigde Naties

Afgelopen november was Nederland aan de beurt voor het Universal Periodic Review van de Verenigde Naties. Tijdens dit proces moet de overheid verantwoording afleggen aan de Mensenrechtenraad van de VN over de staat van mensenrechten in het land. Iedere lidstaat van de VN moet dit UPR proces eens in de vijf jaar doorlopen. Tijdens dit proces doen andere lidstaten aanbevelingen over hoe mensenrechten in het betreffende land verbeterd kunnen worden. In het UPR rapport van november 2022 wordt ook de wettelijke erkenning van genderidentiteit aangehaald. Aanbeveling 147.218 van het rapport stelt:

“Garandeer de toegang tot wettelijke erkenning van genderidentiteit voor zowel intersekse als transgender personen van alle leeftijden, zonder obstakels die inbreuk maken op het recht van zelfbeschikking, en financiële barrières.” (Vertaald uit het Engels).

Op 21 februari regeerde de Nederlandse overheid op het rapport. In deze reactie zegt de overheid welke aanbevelingen de overheid accepteert en welke aanbevelingen de overheid slechts ter kennisgeving aanneemt. In deze reactie zegt de overheid aanbeveling 147.218 te accepteren. De overheid zegt daarbij in een toelichting dat het ze aan de slag zullen gaan met alle aanbevelingen die zijn geaccepteerd.

Op deze website vindt u nieuws over de voortzetting van het debat.

Credits

Branding & design Cheerleader.studio

Website development Digitmind.nl

Fotografie headers: Tengbehkamara.com